Het ontwikkelingsprofiel geeft een beeld van de mogelijkheden, waarover een persoon met een verstandelijke beperking beschikt. Dit profiel geeft tevens inzicht in de communicatieve vaardigheden. Het ontwikkelingsprofiel omvat meer dan alleen het cognitieve en intelligentie niveau. Het zegt ook iets over de sociaal adaptieve vaardigheden en/of de sociaal-emotionele ontwikkeling in relatie tot het IQ. Samen met de motorische, fysiologische ontwikkeling en de ontwikkeling van het gedrag, ontstaat een totaalbeeld. Pas nadat dit totaalbeeld helder is, kan op de juiste wijze aansluiting worden gezocht.
Piaget, een Zwitserse psycholoog die de ontwikkeling van kinderen heeft bestudeerd, beschrijft vier stadia van de cognitieve ontwikkeling. Deze stadia geven, in combinatie met de kalenderleeftijd, een indicatie voor de ontwikkelingsleeftijd. Dorothea Timmers-Huigens heeft een theorie ontwikkeld die gebaseerd is op de vier ervaringsfasen die mensen doorlopen. Vanuit deze ervaringsordening wordt duidelijk hoe mensen met een VB de wereld beleven en tegemoet treden.
Bij een matige verstandelijke beperking ligt het IQ tussen 30-40 tot 50-55. De ontwikkelingsleeftijd is 4-7 jaar, soms kan dat 6-9 jaar zijn. Het ontwikkelingsstadium waarin zij zich bevinden is pre-operationeel.
Bij een ernstige verstandelijke beperking ligt het IQ tussen 20-25 tot 35-40. De ontwikkelingsleeftijd is 2-4 jaar. Het ontwikkelingsstadium waarin zij zich bevinden is pre-operationeel.